10.31.2012

racisme en omgevingsfactoren

Xenofobie is een normale menselijke eigenschap, dat hoor je vaak. Want 'vroeger' had men een evolutionair voordeel om argwanend te zijn tegenover mensen die je niet kende, want die behoorden niet tot je stam en waren waarschijnlijk vijandig. Dat soort 'evolutionaire' praat hoor je regelmatig. Ook bij wetenschappers. Dat een gezonde portie wantrouwen een goeie zaak is staat buiten kijf. Maar het systematische wantrouwen tegen mensen van een andere origine dat vandaag de dag zo populair blijkt te zijn, zegt alles over onze hedendaagse samenleving, waar racisme en haar 'culturele' tweelingzus ingepeperd worden via systematische negatieve beeldvorming en de constante haat verspreidende campagnes van extreem-rechtse politieke formaties (en hun als progressief vermomde tweelingzusjes) en compleet niets over enig gezond wantrouwen uit primitieve samenlevingen. Johan Leman schreef volgende interessante tekst voor het maandblad EOS, waarin hij beschrijft hoe racisme onlosmakelijk vast hangt aan de omgeving.

Het menselijk brein categoriseert. Sociaal-psychologen zien er een soort voorafgaande structuur in die het tot stand komen van racisme helpt verklaren. Je categoriseert alles en iedereen, en uiteraard schat je diegenen die tot je eigen categorie behoren, in als ‘hoger’ en ‘beter’ dan de anderen. Dit laatste kan dan vanuit een gedragsbiologische hoek aangevuld worden. Als je eeuwen geleden afstand kon houden van vreemden, namen je overlevingskansen toe.

Hoe meer die anderen van je verschilden, hoe gevaarlijker ze leken. Dat mensen categoriseren, valt moeilijk te betwijfelen. Leidt dit echter noodzakelijk tot racisme? Je kan jezelf klasseren bij de categorie van de ‘jongeren’ of van de ‘ouderen’. Dat heeft iets ‘objectiefs’, maar dit is niet toereikend om de categorisering die je zelf hanteert en om je beleving ervan te verklaren. Wat je er als gedrag voor jezelf uit afleidt, kan zeer sterk uiteen lopen. En dit laatste is in de praktijk minstens zo belangrijk als wat voor ‘objectief’ doorgaat.

Maar wie is meer wetenschappelijk, wie verklaart méér of beter? De gedragsbioloog met zijn evolutionaire inzichten? Verklaart hij niet ten gronde waarom de ‘etnische ander’, naar gelang hij meer van ons verschilt, des te meer ‘afschrikt’ en ons vijandig stemt? Even toetsen. Valt gender hieronder? Neen. Taal? Schrikt Italiaans meer af dan Duits? Neen. Oké, Chinees dan maar … Stemt die taal vijandig? En als ze dit doet, heeft dat dan wel met de taal te maken? Even met godsdienst proberen. Islam is een abrahamitische religie, zoals het judaïsme en het christendom. Schrikt het boeddhisme ons meer af ? Let wel, godsdienst en taal zijn wereldwijd de meest verspreide criteria om allerlei antagonismen en conflicten te verklaren. Of bedoelen gedragsbiologen vooral de huidskleur? Sorry, en de Rwandese genocide?

Andere bedenking: bij de ‘beleving’ van kleuren, blijkt taalafhankelijkheid mee te spelen (voor sommige antieke Griekse auteurs was de Middellandsezee ‘rood’, waar wij over ‘hemelsblauw’ spreken), maar ook kleuren als ‘zwart’ en ‘wit’ hebben hun maatschappelijk-culturele inbedding. Een volledig in het zwart geklede salafist beleeft zijn ‘zwarte’ kledij anders dan een westerse christen.

De evolutionaire en sociaal-psychologische verklaringsmodellen reiken weliswaar structuren aan die mee in het spel zijn bij racistisch gedrag, maar zien iets fundamenteels over het hoofd, namelijk de omgevingsfactoren en de mogelijkheid van mensen om zich daar in mindere of meerdere mate door te laten beïnvloeden (‘agency’).

Vandaag zijn er vooral twee soorten omgevingsfactoren dominant aanwezig: de dagelijkse interacties en de invloeden vanuit een mediatieke uitvergroting van gebeurtenissen waar men zelf bij afwezig is. In lijn met Deleuze (en Spinoza) durf ik suggereren dat de dagelijkse interacties bij elk van ons leiden tot inadequate, persoonlijke syntheses. Niemand heeft daarbij de objectiviteit in pacht. Dit verklaart waarom inwoners van multiculturele wijken dit multiculturalisme zo verschillend kunnen ervaren. Het bepaalt of hun categorisering naar racisme zal neigen of niet. Het bepaalt ook of zij liever Zwart-Afrikaanse dan wel Oost-Europese buren hebben. Voorbeelden van mediatieke beeldvorming? De zaak Loubna Benaissa in België, eind jaren ’90, toen een Marokkaans meisje vermoord werd door een pedofiel, zonder dat de politie zich er veel om bekommerd had. Het leidde een tijdlang tot een grotere acceptatie van de islamitische medeburgers, iets wat na ‘nine eleven’ omsloeg.

Inzichten in evolutie en in de manier waarop ons brein functioneert, zijn zeer leerrijk, maar inzicht in omgevingsfactoren is duidelijk minstens zo belangrijk. En je kan er gemakkelijker beleid uit afleiden.

integraal overgenomen uit de website van Foyer.

10.28.2012

Leven met 1000 euro per maand?

 Kameraden en vrienden, 

op de fijne zondag tijd voor wat reflectie. Vandaag een zeer lezenswaardig opinie-artikel van Daniëlle Colsoul van welzijnszorg.

Aanleiding voor dit artikel is het bericht dat verscheen naar aanleiding van de dag van verzet tegen de extreme armoede, dat stelde dat  het aantal mensen in ons land in armoede sinds vorig jaar gestegen is tot boven de 15%. Als je het mij vraagt een compleet geschift cijfer. waarom dit niet hoger op het prioriteitenlijst van de politici staat is mij een raadsel.


Waarom is die verontwaardiging zo belangrijk?
Omdat verontwaardiging de motor kan zijn voor verandering en verbetering, zoals Stéphane Hessel ons voorhoudt in zijn pamflet ‘Indignez-vous’. In dat geval is er nog een hoop werk te verrichten voor we een krachtige tegenbeweging hebben die én de aandacht van alle beleidsmakers krijgt én de aandacht van alle decisionmakers in de financiële wereld en in het bedrijfsleven.
Feiten om die verontwaardiging te staven, mankeren – jammer genoeg – hoegenaamd niet. De Europese armoedegrens, de vele onderzoeken en enquêtes wijzen alle in dezelfde richting.
De groep mensen die in de onderste laag van onze samenleving leven en werken, wordt steeds groter.
Met het onderzoek naar referentiebudgetten hebben we in ons land sinds kort een wetenschappelijk instrument dat ons een beter inzicht geeft in wat er nodig is om menswaardig te leven en deel uit te maken van het maatschappelijk leven.
De cijfergegevens van de armoedebarometer van de Decenniumdoelen 2017 laten een stilstand of achteruitgang zien op het niveau van de verschillende basisrechten zoals onderwijs, huisvesting, gezondheid, tewerkstelling inkomen en maatschappelijke participatie.
En toch, ik zie de verontwaardiging over die cijfers en de realiteit die er achter verscholen gaat niet in de media, en ook op straat ving ik geen teken van onbegrip op.

Geen proteststemmen
Een ander voorbeeld; in het debat over de verlaging van de werkloosheidsuitkeringen heb ik geen proteststemmen gehoord. Zelfs niet als we dankzij studies weten dat het enige effect van zo’n maatregel een grotere armoede is, en niet meer activering op de arbeidsmarkt.
Is zo’n reactie of een gebrek aan reactie direct te linken aan de zwijgende goedkeuring als er nog maar eens een monsterbonus wordt uitgekeerd? Meteen hoor je vergoelijkende reacties: “Ach, het stond zo in het contract” of “de bonussen liggen hier toch véél lager dan in het buitenland, so what’s the big deal?”
En toch… denk ik dat een eerste stap in de goede richting een groter besef is van wat een minimumuitkering betekent. Hoe ziet het dagelijkse leven er uit van iemand die maandelijks moet rondkomen met 1000 euro? Spontaan zou je zeggen dat zo’n bedrag eigenlijk best te pruimen is, heel wat mensen gaan ervan uit dat dit perfect leefbaar moet zijn. Wie neemt hen dat kwalijk, het is dan ook absurd je in te leven in een situatie waar je met die 1000 euro huur moet betalen en een slecht geïsoleerd huis verwarmen, om nog maar te zwijgen van die mensen die daarbovenop nog gezondheidskosten of schulden hebben.
Is het omdat we ons dat niet goed kunnen voorstellen?

Zelf gezocht?
Misschien is er nog een ander aspect dat onze verontwaardiging in de weg staat. Want kennen we niet allemaal mensen die het aan zichzelf te danken hebben dat ze in de miserie zitten? Iedereen kent iemand die werkloos is omdat hij niet wil werken, die ziek is omdat hij te veel rookte of dronk, die in een slechte woning leeft, omdat hij ze niet onderhoudt? “Die mensen zoeken het toch zelf”, luidt het dan.
Dat cijfer van 1.680.000 mensen in ons land, opent dat onze ogen niet? Het kan toch niet zijn dat ze allemaal in de armoede terecht zijn gekomen door hun eigen schuld? Al die ouderen, invaliden, mensen die net ontslagen zijn, alleenstaande moeders, kinderen en jongeren … iedereen heeft een verantwoordelijkheid voor zichzelf, maar dat neemt toch niet weg dat onze beschaving zich zo’n cijfers niet meer kan permitteren, wil de term beschaving nog geldig zijn?
Los van de allerarmsten laat ook de levenskwaliteit van de mensen met een inkomen net boven dat minimum te wensen over. Die groep wordt groter door de crisis maar ook door de zogenaamde crisismaatregelen die betaald worden door diegenen die ze niet veroorzaakt hebben. In de armoedebestrijding kan dat een bijkomende valkuil zijn. De armoedebestrijding bij de allerarmsten zal nog meer in het gedrang komen als er maatregelen genomen worden die deze middengroep versterkt.
Redenen genoeg om iets van onze verontwaardiging te laten zien. Niet in grote betogingen of geweldige verklaringen, maar eerst en vooral in de manier waarop we over mensen in armoede spreken, met onze buur, met onze collega of met onze vrienden.
Maar evengoed moet het ons uitdagen die verontwaardiging te laten zien als we onze eigen beleidsmakers kiezen.
En ook daar ligt onze eigen verantwoordelijkheid door te kiezen op basis van (sociale) programma’s en beleidsdaden in plaats van mooie beloftes.

10.27.2012

wintertijd

Niet vergeten, morgenvroeg een uur later opstaan, of een uur vroeger uit uwen nest, dat kan ook. In elk geval, vergeet uw wekker niet te verzetten.



met dank aan de geniale Philippe Geluck

de wintertijd, boe, in het donker naar het werk, in het donker weer naar huis. 


meer over de wintertijd uiteraard op wikipedia.

10.17.2012

17 oktober

Beste vrienden, het is 17 oktober, dag van verzet tegen extreme armoede

Tot vanavond op het Sint-Pietersplein.

10.14.2012

Ik stem PVDA +

Kameraden en vrienden, Gentse broeders,

vandaag trekken wij wederom naar de stembus. In Gent kan je een heel nuttige stem uitbrengen, zorg er voor dat Gent, met Tom De Meester een linkse oppositie heeft.



10.13.2012

Laat de oppositie niet aan Siegfried over

Kameraden en vrienden, zondag is het wederom kiezinge. 
 
Op bijna alle lijsten die bij deze verkiezingen opkomen staan vrienden van mij, die ik uiteraard allen veel succes wens.

In tegenstelling tot nogal wat andere steden ligt in Gent de uitslag al min of meer vast. Burgemeester Termont gaat er nog een ambtstermijn aan toe voegen, samen met Open VLD en met kartelpartner Groen. De Nieuwe Vlaamse Alliantie gaat weliswaar veel stemmen halen, maar gaat in de verste verten niet in buurt geraken van de meerderheid. Siegfried en zijn Manschaft heeft hier in Gent geen geloofwaardig verhaal kunnen opzetten. Het klakkeloos volgen van de Vlaams-nationale campagne en het meesurfen op de media-campagne van de übersturmann leidt in Gent tot niets.
Termont, en het Gentse stadsbestuur, heeft het politiek-gezien geniale vermogen om (bijna) alles verkocht te krijgen zonder daarop afgerekend te worden. Megalomane projecten van hier tot ginter, van de dokken over de statie, tot de nieuwe bibliotheek, met als absoluut dieptepunt de schaapstal, het lijkt het imago van de sympathieke en volkse burgervader niet te raken.
Ook de tactisch geniale zet om Groen binnen te halen zal Termont zeker geen windeieren leggen.
Het helpt zeker ook dat de oppositie in Gent niets voorstelt, de NVA heeft geen eigen Gents verhaal, de CD&V lijdt aan chronische bloedarmoede en de fascisten hebben zichzelf de dieperik in geruzied.

Wat wel spannend zal worden is de vraag of Gent de komende legislatuur een linkse oppositie zal hebben. Tom De Meester, van PVDA +, staat klaar om in gemeenteraad oppositie te voeren.
5000 stemmen heeft Tom nodig, om er voor te zorgen dat niet enkel Siegfried de stem van de oppositie zal worden.

Ook Groen en Spa hebben er alle belang bij dat Gent een linkse oppositiestem zal hebben. Als er enkel en alleen een rechtse oppositie is, wordt de rechtse sirenenzang moeilijk te weerstaan. Dat zag in zo vele steden waar een (toen nog) sterk Vlaams Belang het beleid een stevige ruk naar rechts gaf.