In 1678 maakte Lieven Cruyl een prachtig stadsgezicht van onze stad Gent. Hij deed dit vermoedelijk in opdracht van het Franse leger onder Lodewijk XIV.
In nummer 2 van het tijdschrift Ghendtsche Tydinghen wordt ingezoomd op het stadsdeel ‘Up’t Zandt'.
Helemaal in het zuiden van de versterkte stad ligt een zone die op ‘Oostelijk Gent 1678’ heel goed proportioneel weergegeven is. De daar gelegen wijk ’t Zand, kreeg in 2007 bij de oprichting van een ‘Wijk aan zet groep’ door actieve buurtbewoners de benaming ‘Twee Poorten’ opgespeld, naam afgeleid van de op de vesten gelegen Keizers- of Brusselsepoort en de Sint-Lievenspoort. Op het noordelijke punt van hun wijk lag nog een derde poort.
In deze zone stroomt de Schelde Gent binnen bij Ter Platen. Bij Cruyl zien we de waterloop doorheen de Muinkmeersen kronkelen, nu grotendeels het Albert I park of Zuidpark. Na het graven van de Muinkschelde verloor dit deel van de stroom sterk aan betekenis en eindigde in de jaren 1800 zijn bestaan roemloos als vervuild Oud Scheldeken.
De noordelijke grens van ’t Zand (meer naar het stadscentrum dus) werd tot in de jaren 1300 gevormd door nog een derde poort. Aan beide zijden liep een stadsmuur die eindigde met twee ronde torens op de hoeken aan het Oude Scheldeken en het Klein Scheldeken. In de korte tijd van haar bestaan werd ze in de stadsrekeningen naar haar ligging genoemd: ‘Porte ten Wintgaten’ (1325-1326) of ‘de uterste poorte ter Oyen’ (1330-1331). Ze was gebouwd bij heel belangrijke stuwen die veel langer bleven bestaan en de benaming Vijfwindgaten behielden, de naam van een straat tot op heden.
Meer over dit alles in Ghendtsche Tydinghen, nr 2, maart - april 2021. http://www.ghendtschetydinghen.be/
Geen opmerkingen:
Een reactie posten