5.07.2015

R.C. Reissiger voor beginners

Vox Mago brengt, zoals ik gisteren reeds aankondigde, het David Oratorium van R.C. Reissiger. Maar Reissiger is een nobele onbekende van de negentiende-eeuwse muziekgeschiedenis. Om deze grootmeester onder de aandacht te brengen en vooral een eerste introductie te geven, hebben ze een fraaie voorstellingstekst gemaakt. Met veel plezier neem ik deze hier over.


De naam Carl Gottlieb Reissiger 1798- 1859), operacomponist, hofkapelmeester en conservatoriumleraar in Dresden, doet bij niemand nog een belletje rinkelen. Reissiger dirigeerde weliswaar de première van Wagners Rienzi in 1842, maar was esthetisch en ideologisch diens antipode en werd vergeten.

Vox Mago produceert Reissigers enige oratorium, David (1851), geschreven nauwelijks drie jaar na de mei-opstand van 1849 waar, naast Mikhail Bukanin, ook Wagner op de barrikaden stond. Ook al is het werk gebaseerd op het bijbelverhaal, de David van Reissiger is niet de bijbelse koning van Juda. De koren die het volk aanheft in dit oratorium en die David troost moeten brengen voor zijn eigen fouten en de dood van zijn voorganger, konden ook als troost begrepen worden door de Koning van Saksen en zijn hofhouding. Na die mei-opstand werd de monarchie terug in ere hersteld werden, en zij bleef aan de macht tot het einde van de Eerste Wereldoorlog. Door de woorden van het slotkoor Danket dem Herrn, denn Er is freundlich und Seine Güte währet ewiglich, zal het hof dat bij de première aanwezig was zich ten zeerste gesteund gevoeld hebben. Wagner moet gegruwd hebben van zoveel gezagstrouw.

Reissigers David sluit naadloos aan bij het model van Beethovens Christus am Ölberge opus 85 dat aan de basis lag van de negentiende eeuwse romantische oratoriumtraditie. Net zoals in Beethovens Christus is de sacrale hoofdiguur een tenor geen bas en wisselt de expressie in diens solos van vertwijfeling tot rustige vastberadenheid. Ook zijn het de koren en nevenfiguren die eerst onrust en strijd, maar tenslotte overwinning en zegen tot uitdrukking brengen. Merkwaardigerwijze laten zowel Beethoven als Reissiger hun grote koren uitlopen op een fugatisch deel of zelfs een echte fuga.

Een opdracht die Reissiger neerschreef in een gastenboek, luidt: Die Kunst leidet keinen Stillstand – Kunst verdraagt geen status quo. Dit statement houdt niet meteen in dat Reissiger ook een
Wagneriaan zou zijn geweest. Het geeft wel aan dat de romantische muziek in Dresden rijker geschakeerd was dan de theorie van de grote scholenlaat vermoeden

meer uiteraard bij wikipedia
.

Geen opmerkingen: