De naam Carl Gottlieb Reissiger 1798- 1859), operacomponist, hofkapelmeester en conservatoriumleraar in Dresden, doet bij niemand nog een belletje rinkelen. Reissiger dirigeerde weliswaar de première van Wagner’s Rienzi in 1842, maar was esthetisch en ideologisch diens antipode – en werd vergeten.
Vox Mago produceert Reissiger’s enige oratorium, David (1851), geschreven nauwelijks drie jaar na de mei-opstand van 1849 waar, naast Mikhail Bukanin, ook Wagner op de barrikaden stond. Ook al is het werk gebaseerd op het bijbelverhaal, de David van Reissiger is niet de bijbelse koning van Juda. De koren die het volk aanheft in dit oratorium en die David troost moeten brengen voor zijn eigen fouten en de dood van zijn voorganger, konden ook als troost begrepen worden door de Koning van Saksen en zijn hofhouding. Na die mei-opstand werd de monarchie terug in ere hersteld werden, en zij bleef aan de macht tot het einde van de Eerste Wereldoorlog. Door de woorden van het slotkoor Danket dem Herrn, denn Er is freundlich und Seine Güte währet ewiglich, zal het hof – dat bij de première aanwezig was – zich ten zeerste gesteund gevoeld hebben. Wagner moet gegruwd hebben van zoveel gezagstrouw.
Reissiger’s David sluit naadloos aan bij het model van Beethoven’s Christus am Ölberge opus 85 dat aan de basis lag van de negentiende eeuwse romantische oratoriumtraditie. Net zoals in Beethoven’s Christus is de sacrale hoofdiguur een tenor – geen bas – en wisselt de expressie in diens solo’s van vertwijfeling tot rustige vastberadenheid. Ook zijn het de koren en nevenfiguren die eerst onrust en strijd, maar tenslotte overwinning en zegen tot uitdrukking brengen. Merkwaardigerwijze laten zowel Beethoven als Reissiger hun grote koren uitlopen op een fugatisch deel – of zelfs een echte fuga.
Een opdracht die Reissiger neerschreef in een gastenboek, luidt: Die Kunst leidet keinen Stillstand – Kunst verdraagt geen status quo. Dit statement houdt niet meteen in dat Reissiger ook eenWagneriaan zou zijn geweest. Het geeft wel aan dat de romantische muziek in Dresden rijker geschakeerd was dan de theorie van de “grote scholen” laat vermoeden
meer uiteraard bij wikipedia.
.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten