10.31.2018

aanwinsten oktober

Ook in oktober heeft uw kameraad allerlei boeken uit allerlei dubieuze krochten naar zijn hol gesleept.

Peter Teitler, Lessen in orde. Handboek voor de onderwijspraktijk, Bussum, 2010.

Emmanuel Gerard en Jozef Mampuys, Voor Kerk en Werk. Kadoc jaarboek 1985.

Walter Baeten, Patronaten worden Chiro. Jeugdbewegingen in Vlaanderen 1918 - 1950, Davidsfonds, 1993.

Sint-Martinuskerk, Baarle-Drongen, Cultuur Gent, 2018.

Leo Tolstoy (& Peter Sekirin), A Calendar of Wisdom, London, 1998.

Beschermingsbeglazing voor monumentaal gebrandschilderd glas, Gent, 2000.

L. Collin, L. Robijns en L. Verpoest, Het Gentse Bisschopshuis. Monument van vroege neogotiek, Gent, 1993.

An Hernalsteen, De Westerbegraafplaats van Gent, Gent, 2000.

Lindsay Vandenabeele, Jeruzalem in de crypte. De muurschilderingen in de crypte van de Gentse Sint-Baafskathedraal, Gent, 2007.

10.29.2018

de splitsing van België is nabij

Dit weekend kon u een zeer lezenswaardig opiniestuk lezen over dé kloof in ons land, niet noord-zuid, maar boven en onder de armoedegrens.

Schrijvers: Wouter Hillaert, Hart boven Hard; Aleidis Devillé (docent Thomas More); Bérénice Storms (CEBUD, Thomas More & CSB UAntwerpen); Bernard Hubeau (UAntwerpen); Heidi Degerickx (UGent); Ides Nicaise (KU Leuven); Jan Vranken (UAntwerpen); Michel Vandenbroeck (FPPW, UGent); Sacha Dierckx (Denktank Minerva); Sara Willems (UGent); Tess Penne (CSB UAntwerpen).

Ik neem het hier geheel en al over:


We leven in België steeds meer in twee landen. Niet zozeer ten noorden en ten zuiden van de taalgrens, maar boven en onder de armoedegrens. Het is een splijtzwam die dit land veel dieper dreigt te splitsen dan de communautaire kwestie. Beste nieuwe burgemeesters, beste federale regering: neem uw verantwoordelijkheid.

De voorbije weken kwamen zowel ongelijkheid als armoede prominent in het nieuws. Op 8 oktober presenteerde Oxfam haar ongelijkheidsindex, waarin België op de zesde plaats van de wereld prijkt. ‘België bijna kampioen ‘ongelijkheid bestrijden’’, kopte De Standaard. Nog geen week later kwamen armoedeorganisaties op straat om aandacht te vragen voor de 1,8 miljoen mensen in België die nog steeds in armoede leven. Van de wereldtitel armoedebestrijding is dus nog lang geen sprake.

Bijna lijkt het alsof er twee Belgiës bestaan. Het België van de mensen van stand boert goed. De dividenden stijgen, het aantal miljonairs stijgt, hun vermogen stijgt. Opeenvolgende pogingen om die vermogenswinst ook maar een beetje te herverdelen hebben amper iets opgeleverd. De kaaimantaks haalt slechts kruimels op van het gebakken broodje van de aandeelhouders in dit land.

In het andere België leeft één op de zes Belgen in armoede. Drie miljoen inwoners zijn niet in staat een week vakantie te betalen, één op de vier mensen met een handicap leeft in armoede en 157.000 mensen zijn afhankelijk van de voedselbank – een verdubbeling sinds 2000. Hallucinante cijfers.

Hou uw belofte om alle uitkeringen op te trekken tot boven de armoedegrens. En pak de olifant in de kamer aan: een rechtvaardige herverdeling van de rijkdom

De kloof tussen de rijkste rijken en het gros van de bevolking gaapt: de rijkste 1% bezit al evenveel als de onderste 60% van de bevolking. Dat die ongelijkheid in internationaal perspectief nog meevalt, is voor die 1,8 miljoen mensen in armoede slechts een heel schrale troost. Ze zijn niet alleen financieel kwetsbaar, maar zien ook hun gezondheid en zelfs hun levensduur gefnuikt.
Vooral in onze centrumsteden is de situatie alarmerend. In Antwerpen eindigde de kinderarmoede het afgelopen jaar alweer hoger: vandaag groeit maar liefst 17,5% van de peuters op in omstandigheden waartoe niemand zijn eigen kinderen wil veroordelen. In Oostende steeg de armoede sinds 2012 van 26,7% naar 34%.

Voor een rijke samenleving als België is dat een rood knipperlicht. Zeker als de plek waar je geboren wordt, bijna perfect je verdere ontwikkelingskansen voorspelt, mede omdat ons onderwijssysteem dat onevenwicht eerder nog versterkt dan remedieert. De latere sociale factuur van die ongelijkheid valt vele malen hoger uit dan wat het kost om alle kinderen de kansen te bieden waar ze recht op hebben.


Beste regering Michel, toch laat u intussen uitschijnen alsof u iedereen een banket aanbiedt. Dat klopt vooral voor het België van de grote portemonnees – en in mindere mate voor hen die werk gevonden hebben (laat ons eerlijk zijn, mede dankzij een gunstige internationale conjunctuur). In het andere België gooit u voor velen de deur voor de neus dicht. Zelfs van uw regeringsbelofte om de minimumuitkeringen boven de armoedegrens te tillen kwam nog niet veel in huis, terwijl dat maar een eerste stap zou zijn. Referentiebudgetten leren immers dat zelfs een inkomen net boven de armoedegrens niet volstaat voor gezinnen die huren op de private markt. Er zijn dus nog veel meer mensen met geldzorgen dan de cijfers verklappen.

‘Jobs jobs jobs’ is uw antwoord. Maar wat als die voor veel werknemers steeds minder geld in het laatje brengen, onder meer door flexibilisering?

Toch bemoeilijkte u de toegang tot de sociale zekerheid, bijvoorbeeld door besparingen op de uitkeringen voor langdurig zieken en het beperken van de inschakelingsuitkering. Niet toevallig steeg tussen 2014 en 2018 het aantal leefloongerechtigden met 40%. Het armoederisico van werklozen steeg tot 49,1%. De helft van de vrouwen heeft minder dan duizend euro pensioen.

‘Jobs jobs jobs’ is uw antwoord. Maar wat als die voor veel werknemers steeds minder geld in het laatje brengen, onder meer door flexibilisering? Activering lost de ongelijkheid niet op: de jongste tien jaar kwamen er 50.000 à 55.000 ‘werkende armen’ bij en steeg het armoederisico voor werkenden van 3,9% naar 5%.

Maak dus, voor de zeven maanden die u nog resten, eindelijk werk van zeker twee maatregelen om beide Belgiës weer dichter bij elkaar te brengen. Hou uw belofte om alle uitkeringen op te trekken tot boven de armoedegrens. En pak de olifant in de kamer aan: een rechtvaardige herverdeling van de rijkdom, met een progressieve vermogensbelasting en een echte aanpak van fiscale fraude. Hoeveel LuxLeaks en PanamaPapers moeten we nog verteren vóór dat wegstromende geld wordt ingedijkt? Volgens onderzoek varieert het tussen 8 en 36 miljard euro aan verloren belastinginkomsten per jaar.

U had het die zondagavond na de gemeenteraadsverkiezingen allemaal over ‘verbinden’. Nu bent u aan zet om die belofte ook waar te maken

Beste nieuwe burgemeesters, ook u kan iets doen aan die splitsing van België. Gaat u voor een stad waarin zieken en ouderen zich opgegeven voelen, waarin nieuwkomers wegschimmelen in krotten, waarin egoïsme en hardheid de toon uitmaken? Of kiest u voor een stad waarin niet pech je toekomst bepaalt, maar wel een gezamenlijke keuze voor medemenselijkheid? Echte veiligheid begint bij ieders welbevinden thuis, op school, op het werk.

U had het die zondagavond na de gemeenteraadsverkiezingen allemaal over ‘verbinden’. Nu bent u aan zet om die belofte ook waar te maken. Breng gelijkheid in de praktijk door naast luxeappartementen in het centrum ook echt ambitieus te zijn in sociale woningbouw. Voer praktijktesten in tegen de manifeste discriminatie. Investeer in aanvullende steun bovenop het leefloon. Een splitsende stad is een tikkende tijdbom voor iedereen. Ook voor het eerste België.

Leven in het België van onder de armoedegrens leidt tot sociale uitsluiting op allerlei levensdomeinen: inkomen, werk, onderwijs, wonen, sport en cultuur. Mensen in armoede missen de kansen om aan het maatschappelijk leven deel te nemen. Hoe wankeler dat fundament, hoe dieper de kloof en hoe onzekerder de democratie. Ons land is welvarend genoeg om iedereen vooruit te helpen.
Dit is geen naïeve praat. De ‘goede samenleving’ bouwt op rechten voor iedereen en staat zwart op wit beschreven in artikel 23 van onze Grondwet: het recht van ieder op een menswaardig bestaan. Van die grondwet hebben we er nog altijd maar één. Geen twee.

10.21.2018

samen 1 voor Artikel 23




We moeten praten. Voor één keer niet over de waan en het getwitter van de dag, maar over de bedding van onze samenleving ónder die stroom van nieuws. Stilzwijgend wordt die bedding meter bij meter verlegd. Tot we op een dag dreigen uit te monden in een zee van gesmolten ijskappen, waarop een blije minderheid vrij kan surfen, terwijl de rest kopje onder gaat?
Velen van ons hebben kinderen. Zij maken de komende vijftig jaar heel concreet. Hoe kunnen zij een zinvol en menswaardig leven leiden? Hoe starten zij hun leven, met wat in hun rugzak? En welk soort steden willen we voor hen achterlaten, op welke planeet?

De antwoorden zijn geen toekomstmuziek. Het zijn cruciale keuzes die we vandaag moeten maken: over de ecologische kost van onze energie, de prijs van onze zorg, de verhouding tussen werk en rust. Laten we dat allemaal over aan de meest concurrentiële onderneming of zorgen we voor een gedeelde basis als samenleving? Gunnen we andere kinderen ook wat we dromen voor die van ons?
Op al deze vragen bestaat het antwoord in feite al. Het staat in onze grondwet, in Artikel 23: ‘Ieder heeft recht een menswaardig leven te leiden.’ Er staat niet in dat onze economie kost wat kost moet groeien. Er staat niet in: ‘je afkomst bepaalt je kansen’. Wel staat er zwart op wit: ‘Iedereen heeft recht op arbeid, op sociale zekerheid, op bescherming van de gezondheid, op een behoorlijke huisvesting, op een gezond leefmilieu, op culturele en maatschappelijke ontplooiing, op gezinsbijslag.’

Vanuit het Vlaamse én franstalige middenveld voelen wij vandaag de nood om iedereen aan dit grondwetsartikel te herinneren. Samen delen wij immers het gevoel dat we afglijden naar een samenleving waarin deze rechten meer een luxe worden dan een vanzelfsprekendheid.
In de dagelijkse stroom lijken het slechts nieuwtjes: meer stikstof in onze longen, meer burn-outs op het werk, minder verdienende flexi-jobs, hele gezinnen in beschimmelde woningen, verhoogde pensioenleeftijd voor een kleiner pensioen, rechtszaken tegen wie hulp biedt aan mensen op de vlucht, besparingen op openbaar vervoer, opgesloten asielkinderen, lange wachtrijen voor een sociale woning, stijgende kinderarmoede in onze steden, te dure rusthuizen, discriminatie op de arbeidsmarkt… Het glijdt voorbij in het nieuws, maar voor veel mensen doet het de grond onder de voeten wegbrokkelen.

Natuurlijk kan niemand de twaalf werken van Herakles in één keer fiksen. Ook onze regering is het kind van bredere mondiale tendensen. Maar we mogen van onze politieke vertegenwoordigers toch wel verwachten dat ze Artikel 23 niet nog verder ondergraven? De regering-Michel zou de uitkeringen optrekken tot de armoedegrens, maar de tijd tikt weg om die belofte alsnog waar te maken. Ze zou de koopkracht aanzwengelen, maar trok voor vele gezinnen eerder de vaste rekeningen op. En zo wordt alles en iedereen die vandaag niet ‘nuttig’ zou zijn, steeds meer verdacht.
Dus daarover moeten we praten. Hoe leggen we aan onze kinderen uit dat de waarden die we koesteren in ons gezin, van gelijkheid tot onvoorwaardelijke zorg, steeds minder terugkomen in de samenleving zelf?

Wij zijn tot zoveel meer in staat. Elke dag werken zoveel mensen en verenigingen aan meer duurzaamheid, meer gelijkheid, meer menswaardigheid, minder racisme en discriminatie. Weinigen van hen kennen Artikel 23, maar ze handelen ernaar als van nature. Omdat we met stijgende dividenden niets zijn als ook het water stijgt, als het verkeer vastloopt, als de muren rond Europa er een gevangenis van maken, als in het land van ‘eendracht maakt macht’ het volk diep verdeeld geraakt.

De debatten in aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen hebben het aangetoond: mensen willen in de eerste plaats gezonde lucht, een betaalbare woning, meer zekerheid, gelijke kansen, genoeg ruimte om zich vrij te verplaatsen en te ontplooien… Zijn dat overdreven wensen omdat de beurs vaak anders redeneert?

Wij moeten het terug hebben over de kern van de zaak: wat wij noodzakelijk achten als mens, los van inkomen of achtergrond. In essentie gaat onze toekomst over grondrechten: de menselijke basisgarantie die we elkeen willen bieden, als kroon op het werk van onze lange ontwikkelingsgeschiedenis.

Daarvoor staan wij vandaag op. Wij willen het niet langer aankijken van aan de oever. Over de stroom van nieuws, als bewakers van de menselijke bedding van onze samenleving, slaan wij een brug over sectoren en taalgrens heen. Met de tweetalige campagne ‘Tam Tam – Hart boven Hard’ komen wij samen op voor Artikel 23.

En dat doen we met een voorstel: om elke politieke beslissing, van onze Belgische regering tot onze kersverse gemeenteraden, voortaan officieel te toetsen aan Artikel 23. Respect voor onze menselijke waardigheid moet de bedding blijven waarop onze samenleving blijft varen.

Wij, ondertekenaars van deze oproep, houden het niet bij praten alleen. De komende maanden zullen wij 23 concrete voorstellen uitwerken en voorleggen aan vele duizenden mensen: hoe willen wij dat onze volgende regering Artikel 23 invult voor de 21e eeuw? Voor ons wordt dat de inzet van de verkiezingen in mei: de basisvoorwaarden garanderen voor een open, duurzame en rechtvaardige samenleving voor iedereen. Onze kinderen verplichten ons daartoe. Omdat er wel degelijk alternatieven zijn. 




een open brief onderschreven door een impressionant aantal personen en  organisaties. Meer op hartbovenhard.be


10.08.2018

Peperdure pillen

Op deze fraaie maandag een bekijkenswaardige documentaire. VPRO Tegenlicht brengt deze week een onthullende reportage over de farmaindustrie, de farmalobby en haar greep op onze gezondheidszorg.

Big Pharma heeft de prijsbepaling van nieuwe medicijnen stevig in handen. De productiekosten zijn geheim en alle pogingen van academische ziekenhuizen en apothekers om medicijnen goedkoper te maken worden met succes tegengehouden door de industrie. VPRO Tegenlicht volgt vijf professionals die dit niet meer accepteren en vanuit hun persoonlijke betrokkenheid in actie komen en met nieuwe modellen experimenteren. Deze gedreven pioniers willen medicijnen voor iedereen beschikbaar en betaalbaar maken en laten zien dat dit kan.





Alle info op de VPRO-website

10.01.2018

ziek

uw kameraad is een paar dagen buiten strijd.
Maar laat dat de pret niet vergallen.



tot binnenkort!