8.31.2021

aanwinsten

 De vakantie is voorbij. Tijd voor een overzicht van de aanwinsten.

Andriaensen, Baillieul, Boncquet, Dolders, Van Doorne, Wandelen in de St-Niklaasparochie, Stad Gent, 1990.

Baillieul, B., Heirnis vol vis, Gent, 2008.

Deconinck, R., Ne leeuw zonder tanden, 1978.

Demoen, E., A la vapeur, dat heeft progres! Liederen van de industriële revolutie, Gent, 1985.

Andrews, K., Die Nazarener von Joseph Fürhrich bis Friedrich Overbeck, 1988.

8.19.2021

de broodsnijmachine

 Vandaag een kleine anekdote. 


Als je in de plaatselijke bakker een brood koopt, dan vragen ze altijd 'gesneden?'. Nu is een gesneden brood bijna een vanzelfsprekendheid. Vroeger was dat heel anders. 


Vroeger werden broden ongesneden verkocht. Moeder sneed de schellen horizontaal met een groot broodmes.


Broodsnijmachines bestonden al heel lang, eerste patent 1903. Maar bij ons werden die machines nauwelijks gebruikt. Sterker nog, de meeste bakkers stonden er ronduit vijandig tegenover. Het was een behoorlijke investering, maar het was niet alsof het brood gesneden dan duurder kon verkocht worden. Uiteindelijk gingen in de loop van de jaren '50 steeds meer bakker overstag. Een door de bakker gesneden brood, dat eet gemakkelijker, je moet niet eerst een schel snijden, je neemt het uit de zak en klaar. 





In 1999 publiceerde Ghendtsche Tydinghen een reeks herinneringen over het Gent van de jaren '50 en '60 van de hand van de Gentse schrijver en dichter Daniel van Ryssel. Daarin lezen wij volgende passage.


donderdag 16 mei 1953 

 

Grote nieuwigheid bij de bakker: de broodsnijmachine. 

 

De niet zo heel grote snijmachine met een grote pedaal staat naast het broodrek ... en blijkbaar is ze nagenoeg gelijktijdig bij al de bakkers geleverd. Vanaf nu kunnen ze het brood dus ook gesneden kopen en hoeven huisvrouwen niet meer het broodmes te hanteren. Moeder was er dadelijk voor gewonnen ... wat me erg verwonderde, want moeder heeft een afkeer van nieuwigheden. 

 

 Vermits moeder voor ieder brood een nieuwe broodzak verkwisting vindt, moet ik nu iedere dag, tot hij te smerig of gescheurd is, met een papieren zak naar de bakker om een gesneden brood te kopen. 

 

 Tot Belzele is de broodsnijmachine nog niet doorgedrongen. Meetje zou daar trouwens niets willen van weten. Ik zie haar tot het einde van haar dagen het brood tegen haar borst houden, een kruis op het brood maken en dan zelf al de boterhammen smeren en snijden. Zo was het, zo is het en zo zal het altijd zijn. Geen broodsnijmachine die haar op andere gedachten zal brengen. 

 


Dit en nog veel meer Gentse geschiedenis verschijnt in Ghendtsche Tydinghen. Voor slechts €20 valt dit tweemaandelijks in uw brievenbus. http://www.ghendtschetydinghen.be/abonnementen.html



 Afbeelding uit de collectie het boeiende Bakkerijmuseum in Veurne.