6.12.2018

zomervakantie en gelijke onderwijskansen

Op deze fraaie dinsdag een onderwijs-gerelateerd artikel.

prof. Ignace Glorieux werd door Klasse aan het woord gelaten over de zomervakantie en kansarmoede.

Is 9 weken zomervakantie te lang?

Ignace Glorieux: “Voor kansarme kinderen wel. Door naar school te gaan, neemt de ongelijkheid tussen leerlingen uit een kansrijk milieu en leerlingen die in kansarmoede leven, af. De zomervakantie maakt die kloof weer groter. Kwetsbare kinderen lopen meer zomerverlies op. De leerwinst die ze het afgelopen schooljaar boekten, zijn ze begin september grotendeels opnieuw kwijt. Dus hoe langer de vakantie, hoe groter de leerachterstand.
Hoe dat komt? Kwetsbare kinderen krijgen in de vakantie geen of slecht Nederlands te horen, ze gaan niet op taal- of sportkamp, volgen geen speelpleinwerking, lezen nauwelijks. Kansrijke kinderen doen dat vaak allemaal wel: zij gaan op reis met hun ouders, trekken naar zee met oma en opa, volgen een kamp dat ze eerst nog voorbereiden …”
  Lopen kwetsbare kinderen alleen maar zomerverlies op of leren ze ook iets bij?
Ignace Glorieux: “Vakantie is voor alle kinderen een verrijkende ervaring. En dus ook voor kinderen uit meer kansarme milieus. Het grote probleem is dat wat zij leren tijdens de vakantie niet aansluit bij de middenklassecultuur die in hun school leeft, maar ook niet bij de vereiste kennis. Ze worden een krak in gamen, sleutelen een brommer in elkaar, leren omgaan met straatcodes, dompelen zich onder in de cultuur en taal in hun land van afkomst … Allemaal verrijkend, maar met die kennis scoor je niet beter in de klas.”

De te lange schoolvakantie merk je trouwens bij alle kinderen, tegen het einde van de vakantie worden ze steeds rumoeriger, krijg je ook meer 'incidenten' door grondige verveling.

Ik heb van mijn 16de tot ruim in mijn studententijd zowat elke vakantie doorgebracht op Gentse speelpleinen. Altijd met grotendeels kansarmere kinderen. Het probleem was daarbij altijd duidelijk het plaatstekort. Er waren en zijn nog steeds veel te weinig plaatsen waar kinderen tijdens de vakantie terecht kunnen. En al zeker te weinig betaalbare plaatsen waar kinderen een dag kunnen doorbrengen. De overgrote meerderheid van de ouders heeft geen twee maand vakantie om met de kinderen door te brengen, de kinderen moeten ergens naartoe.
Veel 'kansrijkere' ouders sturen hun ouders van het ene kamp naar het andere en van de oma naar de andere oma.

Dan krijgen we in het gesprek een tamelijk paternalistisch stuk:

Wat kan je als leraar doen tegen dat zomerverlies?

Ignace Glorieux: “Stimuleer je leerlingen om zinvolle vakantieactiviteiten te boeken. Laat hen zelf 3 uitdagingen bedenken. Dat betekent niet dat leerlingen hun vakantie volledig moeten vullen met activiteiten die aansluiten bij je lesinhoud. Wat luieren of rondhangen, tv kijken of zelfs verveling kunnen echt geen kwaad. Het is tenslotte vakantie en dat moet het ook zijn.”
Nodig de plaatselijke jeugdbewegingen, jeugddienst of bib uit in je klas om hun zomerprogramma voor te laten stellen. Prikkel jongeren om als jobstudent te werken. Geef ze tips of verwijs naar de databank met vakantiejobs. Met een vakantiejob doen jongeren ervaring op die hen doet nadenken over hun studiekeuze of verdere loopbaan. Of vraag je leerlingen of ze graag wat boeken uit je klasbib ontlenen.”

Dat de lokale verenigingen en werkingen hun aanbod kunnen komen toelichten lijkt mij op zich een uitstekende zaak. Ouders zitten meestal al maanden op voorhand rond te surfen om zeker op tijd te zijn voor die werking of dat kamp.
Voor kansarmere kinderen is er meestal geen deftig aanbod dat in de buurt is, 'gesloten' (in de zin dat ze daar een dag of dagdeel kunnen/moeten blijven) en vooral dat betaalbaar is. Kinderen warm maken voor een activiteit of een werking die ze helemaal niet kunnen betalen of waar mama ze niet naar kan brengen, daar pest je die kinderen gewoon mee.

Dan komen we aan, mijns inziens, het voornaamste:

Wat kan de school doen?

Ignace Glorieux: “Creëer een open schoolklimaat. Stel de school tijdens de vakantieperiodes open voor opvanginitiatieven, vrijwilligersactiviteiten of kampen. Of organiseer als school zelf een zomeraanbod. Inschrijven voor zo’n activiteit op school is heel laagdrempelig. Want kansarme ouders en hun kinderen kennen de school.
Of nodig taalzwakke ouders uit voor een zomerschool, een cursus Nederlands of een spelletjesnamiddag. Sociaal zwakkere ouders associëren de school te vaak met hun eigen negatieve ervaring uit het verleden. Een verrijkende en leuke ervaring op school doet die emotie verdwijnen. In zo’n brede school kunnen kansrijke kinderen hun interesses maximaal ontwikkelen en zijn er voor kansarme kinderen meer gelijke kansen.”

De brede open school is een basisvereiste voor een open en inclusieve samenleving om het eens sloganesk te zeggen. Een school, in een buurt, betrokken en verbonden met de buurt, staat in het weekend en in de vakantie open. Daar gebeuren activiteiten, die open en vooral betaalbaar (omzeggens of helemaal gratis) zijn. Niet moeilijk te organiseren met een compleet onbetaalbare return op de relatief korte en al zeker op de lange termijn.



Lees het volledige artikel in klasse


Geen opmerkingen: