vandaag aandacht voor Antonio Gramsci. Italiaans communist uit de eerste helft van de vorige eeuw. Vandaag de dag onderwerp van ronduit obsessief gedrag van extreem-rechtse nitwits.
Als we de bestrijders van het cultuurmarxistische gevaar mogen geloven is Antonio Gramsci het brein achter deze sluimerende coup. Hij zou degene zijn die de klassenstrijd inruilde voor de cultuuroorlog, die ideologie belangrijker achtte dan de economie en zo linkse rebellen inspireerde tot een ‘lange mars door de instituties’. Die mars is inmiddels zo goed als voltooid, claimt Cliteur, want zonder dat we er erg in hebben zijn de universiteiten, kranten en de publieke omroep in handen gevallen van Gramsci’s discipelen. Instemmend citeert hij de alt-right provocateur Milo Yiannopoulos: ‘Als je je afvraagt waarom je gedwongen wordt om diversiteitscursussen of colleges genderstudies te volgen aan de universiteit, of waarom al je professoren een hekel lijken te hebben aan de westerse cultuur – het is de schuld van Gramsci.’
Dit staat te lezen in een interessant stuk in De Groene Amsterdammer, een blad waar we in België toch alleen maar van kunnen dromen.
Want cultuur was bij Gramsci nooit losgezongen van de economie. Zijn vijand was het fascisme, niet de westerse beschaving. Hij droomde niet van een universiteit met verplichte diversiteitscursussen, maar van een samenleving zonder onderdrukking en uitbuiting. En zolang nieuw rechts de voorwaarden van de cultuuroorlog bepaalt en links gevangen zit in een schijngevecht tussen klasse en identiteit, komt die droom niet dichterbij.
Lees het volledige artikel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten