Hier blogt uw Kameraad Harko, kwestie van iedereen die het ook maar vaag zou kunnen interesseren op de hoogte te houden.
Uw kameraad blogt over de zaken die hem interesseren, zoals (religieus) erfgoed, geschiedenis, maar ook de betere muziek!
Op 8 en 9 mei was de Gentse Sint-Pieterskerk het decor voor een uitvoering van het David Oratorium van Reissiger.
VOX MAGO, het kamerkoor van de academie voor muziek, woord en dans van het Gemeenschapsonderwijs te Gent, onder leiding van Patrick Debrabandere, bracht in wereldprimeur dit werk van Carl Gottlieb Reissiger.
In samenwerking met Cultuur7 werd een opname gemaakt van dit concert. Thuis genieten van dit unieke concert in een prachtig kader? Een origineel kerstgeschenk voor een cultuurminnaar?
bestel hier deze DVD of kijk hier wanneer dit wordt uitgezonden op Cultuur7.
Vanavond, beste vrienden, kunt u naar de Sint-Pieterskerk voor het Jubilieumconcert van Vivente Voce. Zij brengen de prachtige Nelson Messe van Haydn, Drei Psalmen van Mendelssohn, Das is meine Freude van J.L. Bach.
Vivente Voce, solisten Emilie De Voght, Lien Haegeman, Axel Everaert en
Kai-Rouven Seeger en het
Mechels Kamerorkest, dit alles o.l.v. Jeroen Keymeulen.
De Nelson Messe, meer dan het horen waard, voor de liefhebbers, bij wijze van voorproefje:
Dus een mooi concert, een prachtig kader, met buiten niets dan hondenweer.
En dan nu jullie aandacht voor een vleugje muziek.
Channel Zero, excellente Belgische metal uit de 90s.
Voor de meezingers onder ons:
You, you once broke my belief
And I know, I was so damn nave
Remember the days you acted so real
The things you said were not a big deal
You could call me whenever you wanted
I was yours, a toy, always ready
Get away, don't wanna see
Don't try to manipulate
Makes me wonder
Whenever you're hanging round
I die, die in front of your feet And I've tried to exist on your heat
Sucking me dry for my energy
Sucking me dry with your energy
Sucking me dry for the energy
Get away, stay away from me
Get away, don't come oh so close to me
And I know you'll be back
So tell, tell me what do you need
Allright, take my body to feed
Sucking me dry for my energy
Sucking me dry with your energy
Sucking me dry for your energy
Sucking me dry for more energy
Kameraden en vrienden, honderd jaar geleden werd Joe Hill vermoord.
poster uit het publieke domein, http://www.politicalgraphics.org
Deze Zweeds-Amerikaan kende miserie en uitbuiting uit eerste hand en was overtuigd vakbondsactivist. Hij schreef prachtige liedjes voor de vakbond. Zoals in de VS wel vaker gebeurde met progressieve activisten werd hij beschuldigd van moord. Na een overduidelijk politiek schijnproces werd hij op 19 november 1915 geëxecuteerd in Salt Lake City. Zijn herinnering werd in eer gehouden en zijn liedjes zijn vandaag de dag nog steeds het luisteren meer dan waard.
archivaris Utah Phillips gaf volgende speech op het Festival of American Folklife in 1976.
En dan nu een prachtig lied van Joe Hill zelve, in een versie van Hazel Dickens.
Om af te sluiten een songtekst die nog steeds brandend actueel is:
Workers of the world, awaken!
Break your chains, demand your rights.
All the wealth you make is taken
B y exploiting parasites.
Shall you kneel in deep submission
F rom your cradles to your graves?
Is the height of your ambition
To be good and willing slaves?
Arise, ye prisoners of starvation!
Fight for your own emancipation;
Arise, ye slaves of ev’ry nation, in One Union Grand.
Our little ones for bread are crying;
And millions are from hunger dying;
The end the means is justifying,
‘Tis the final stand.
If the workers take a notion,
They can stop all speeding trains;
Every ship upon the ocean
They can tie with mighty chains;
Every wheel in the creation,
Every mine and every mill,
Fleets and armies of the nation,
Will at their command stand still.
Join the union, fellow workers,
Men and women, side by side;
We will crush the greedy shirkers
Like a sweeping, surging tide;
For united we are standing,
But divided we will fall;
Let this be our understanding-
“All for one and one for all.”
Workers of the world, awaken!
Rise in all your splendid might;
Take the wealth that you are making —
It belongs to you by right.
No one for bread will be crying,
We’ll have freedom, love and health,
When the grand red flag is flying
In the Worker’s commonwealth.
Twee weken geleden trok uw kameraad naar een ontmoetingsdag van de provincie Oost-Vlaanderen. Voor het parochieblad schreef ik volgend korte verslag.
Donderdag 29 oktober organiseerde de
Provincie Oost-Vlaanderen haar jaarlijkse 'Ontmoetingsdag
Oost-Vlaamse kerkbesturen'.
Kerkbesturen of 'kerkfabrieken' beheren
de parochiekerken en zijn dagdagelijks bezig met de zorg voor het
kerkgebouw. Af en toe is het eens
goed om samen te zitten met collega's uit andere parochies om
ervaringen uit te wisselen en 'goede praktijken' terug mee te nemen
naar de eigen werking. De provincie Oost-Vlaanderen zorgt voor de
omkadering en een inhoudelijk sterk programma.
Thema
voor dit jaar was 'de ontsluiting' van het culturele erfgoed. Of een
parochiekerk nu eeuwenoud is, zoals Onze-Lieve-Vrouw Sint-Pieters, of
(relatief) piepjong zoals Kristus-Koning, elke parochiekerk heeft, of
beter is, erfgoed. Kunstvoorwerpen, archiefstukken, immateriële
gebruiken en tradities, het is allemaal erfgoed. Een middeleeuws
beeld, een neoclassicistische preekstoel, een art deco kelk, een
prachtig glasraam uit de jaren '50. Onze parochiekerken huisvesten
een ware schat aan erfgoed. Kerkbesturen dienen deze niet enkel goed
te bewaren, zodat 'het nageslacht' er ook van kan genieten,
kerkbesturen dienen ook oog te hebben voor 'de ontsluiting'.
Ontsluiting draait om het in de kijker zetten van het culturele
erfgoed. Zorgen dat kerkgangers, maar ook Jan en Fatima Publiek,
begrijpen waar een vroeg-negentiende eeuwse dalmatiek of een barokke
stralenmonstrans ooit voor gediend hebben én vooral dat ze weten
waarom dit erfgoed het verdient om goed bewaard te worden. Daarbij
moet je trouwens ook denken aan zogenaamde 'immateriële tradities'
zoals processies, maar ook de gebruiken rond uitvaarten.
Plaats
van gebeuren dit jaar, de Sint-Ghislenuskerk in hartje Waarschoot.
Als dit een belletje doet rinkelen, in de nieuwjaarsnacht van 2002
brandde de kerk volledig uit. De toren staat nog fier naast de
dakloze buitenmuren van de oude kerk. Daartegen werd een
nieuwe glazen en betonnen kerk gebouwd. Dit alleen is al een trip
naar het Meetjesland waard.
Ontsluiten kan je op vele manieren
doen, met een interactief en deels digitaal verhaal zoals de Basiliek
van Halle, met spelletjes en educatieve pakketten zoals rond het Lams
Gods. Er werd ook stil gestaan bij
de 'randvoorwaarden', zoals een degelijke bewaking en
diefstalpreventie of een degelijk vrijwilligersbeleid. Tenslotte werd
er ook gekeken naar hoe je publiek aantrekt voor je
'ontsluitingsverhaal', niet enkel de hardcore lezingenganger, maar
ook de jonge moeder met jengelende kroost.
De oorlog die Europa en de hele wereld teistert, heeft duidelijk het karakter van een burgerlijke, imperialistische, dynastieke oorlog. De enige echte inhoud, de enige echte betekenis van de oorlog is: strijd om markten en roof van andere landen, het streven om de revolutionaire beweging van het proletariaat en de democratie binnen de verschillende landen te stoppen, het streven om de proletariërs van alle landen te slim af te zijn, hen te verdelen en af te slachten door de loonslaven in het ene land op te hitsen tegen de loonslaven van een andere natie.
uit: W.I. Lenin, Die Aufgaben der revolutionären Sozialdemokratie im europäischen Krieg.
Op Halloween stak ik de draak met 'anti-halloween-mafketels'. Knack vond het nodig om een Belgisch adept aan het woord te laten.
Ignace Demaerel is het bewijs dat er ook onder de Belgische protestanten mafketels rondlopen.
'de meerwaarde van Halloween' was de toegewezen titel voor zijn bijdrage. Een vraag naar meerwaarde vind ik maar gevaarlijk in de context van tradities, feesten en semi-religieuse aangelegenheden. De meerwaarde van Kerstmis, Sinterklaas, Pasen, Allerheiligen, Allerzielen, Pinksteren, Hemelvaart, Marie Pannekoek, Marie Klimop en ga zo maar door, Offerfeest, Dag van de Dynastie, 11 juli, 21 juli,... Zeg mij eens, wat is de meerwaarde van gelijk welke feestdag. Het is een moment om samen iets te doen, met vrienden, familieleden of gelijk wie. In het beste geval denk je aan wat ook gevierd dient te worden, maar het zijn vooral momenten om samen te beleven.
En dat Halloween een nieuwkomer is, maakt het niet minder belevenswaardig.
Voor alle duidelijkheid, zijn volledige betoog:
Halloween verovert sinds enkele decennia onze
contreien, en vult scholen, bibliotheken, winkelstraten en winkelramen,
boekwinkels en bioscopen en vele huiskamers: je kan er niet naast
kijken: de pompoenen grijnzen je van overal aan. Op de hoek van onze
straat tel ik 25 heksenfiguren op één vensterbank. Toch was dit 'feest'
voor de huidige 50-plussers totaal onbekend in hun kindertijd. Het is
dus een zeer recent verschijnsel, en geïmporteerd uit Angelsaksische
landen. Met welke wind is dit komen overwaaien, en hoe blij moeten we
ermee zijn?
In
de Verenigde Staten maakte Halloween vooral opgang in de tweede helft
van de 19e eeuw, maar de oorsprong ervan is natuurlijk veel ouder en
gaat terug naar een oud Keltisch geestengeloof. Onze
nog-niet-zo-verlichte voorouders geloofden dat op 31 oktober de geesten
van alle gestorvenen van het afgelopen jaar terug kwamen om te
proberen een levend lichaam in bezit te nemen voor het komende jaar.
Er
doen twee mogelijke verklaringen de ronde voor de uitgesneden
pompoenen: ofwel dat de Kelten maskers droegen om de boze geesten af te
weren (zoals trouwens in veel animistische culturen), ofwel dat ze als
voedsel werden neergelegd om de goede geesten van de overledenen aan
te trekken. Heeft het belang welke van de twee juist is? Heidendom en
rationele uitleg zijn nooit goed samen gegaan. Alsof geesten bang
zouden zijn voor pompoenen...? Zijn die echt niet intelligenter dan
dat? Alsof geesten eten nodig hebben?
Wij,
intellectuele, hoogopgeleide westerlingen vinden zulk dwaas geloof
hoogstens interessant als curiosum in een museum. Maar waarom
overspoelen die vreemde restanten ons dan zo massaal tegenwoordig? Wie
heeft dit feest eigenlijk 'officieel' ingevoerd? Niemand natuurlijk,
tenzij de commercie die blijkbaar op zoek was naar wéér een pepmiddel
om u en mij naar de winkels en pretparken te lokken. Moest er weeral
een kick gecreëerd worden om onze economie non-stop draaiend te houden?
Halloween blijft toch een beetje bizar en geeft
een vreemde smaak in de mond. Het heeft geen duidelijke achtergrond,
geen inspirerende inhoud, geen appellerende, verheven boodschap. Wat
maakt het dan zo snel zo populair? Vanwaar die vreemde fascinatie voor
horror? Gaat het enkel om 'lekker griezelen', onschuldig amusement,
spookje spelen, of speelt het in op iets donkers in ons? Voor mij is
het voer voor psychologen of psychiaters wat mensen in deze griezelhype
aantrekt. Het is genoeg stof voor tien doctoraten.
Want
hoe moet je dit anders noemen, die fascinatie voor alles wat morbide
en luguber is? Van de kinderboeken en stripverhalen gaat de helft over
zombies, vampieren, skeletten, demonen, aliens, bloedzuigers, trollen,
monsters, weerwolven, heksen en tovenaars, betoverde wezens,
vervloekingen en bezweringen, bezetenheid... In computerspelletjes moet
het bloed niet alleen vloeien met emmers, maar nog liever in het rond
spuiten, en de monsters worden steeds maar afzichtelijker. Het genre
van de horrorfilms moet altijd vérder gaan om mensen te lokken met nóg
straffere kicks, bloedstollend en sinister, het uitmelken van wreedheid
en sadisme: hoe weerzinwekkender, hoe choquerender, hoe perverser, hoe
liever.
'Maar
het is toch slechts een virtuele wereld?', hoor ik iemand zeggen. Wel,
in sommige delen van de wereld is horror de realiteit. Sommige van de
huidige vluchtelingen uit oorlogsgebieden hebben de dood voor ogen
gezien, en véchten om te léven. En wij, verwende westerlingen die
zóveel overvloed hebben, flirten met de dood als amusement en hobby.
Zij hebben horror gezien in hun eigen leven, en vluchten eruit weg, en
wij zoeken het op voor de smullen ervan. Rare jongens, die mensen! Of
hebben we het té goed, en vervelen we ons gewoon te pletter?
Onze
rationalistische cultuur meende zich te moeten ontdoen van haar
'irrationele' christelijke erfenis, die ze verouderd acht, maar keert
terug naar religieuze opvattingen die nóg ouder zijn: de middeleeuwen
bestempelen we graag als duister en barbaars, en we prefereren het
Germaanse heidendom. In de psychologie zouden ze zoiets 'regressie'
noemen. Kan een ganse cultuur aan regressie lijden?
Deze
fascinatie voor duisternis moét ons verbazen in een tijd die trots is
op haar Verlichting! Is het een puur toeval dat sinds ongeveer 50 jaar
onze maatschappij steeds meer seculier wordt, religie-vrij, en dat
tegelijk al zulk soort spirituele junk binnenkomt? De christelijke
symbolen moesten verdwijnen uit de openbare plaatsen, want ze gaven
aanstoot aan de niet-gelovigen. Ze zijn vervangen door afzichtelijke
heksenfiguren vol vieze wratten. Van vooruitgang gesproken!
Kan
iemand mij één meerwaarde noemen van Halloween? Eén positieve bijdrage
aan onze cultuur? Het koopgedrag van mensen opkrikken kan je ook met
mooie alternatieven. Bakkers, ontsier uw heerlijke taarten niet langer
met lelijke halloween-chocolaatjes erop. Komaan, professionele
reclamejongens, wees eens creatief, en verzin een 'dag van de
herfstkleuren', een 'dag van de vriendschap' of iets beters!
Maar
ik wil nog veel meer een passionele oproep doen aan alle scholen en
onderwijsmensen: giet onze kinderen niet vol met die rommel, maar geef
ze iets esthetisch en constructiefs mee. De pedagogische waarde van
Halloween is nul, pardon, 'min vijf'. Bespaar je de moeite van je
klaslokalen en gangen vol te hangen met namaak-spinnenwebben en zwarte
heksenhoeden.
En, van goede smaak gesproken: spaar die arme
pompoenen die onschuldig opgeofferd worden! Waarom al die schrijnende
voedselverspilling? Maak er liever heerlijke pompoensoep van! Met wat
wortelen, ajuinen, genoeg peper en een geutje room!
Man, man, man. Zijn betoog is simpel samen te vatten: het is iets nieuws, het is 'eng en lelijk' en ik zie er meerwaarde niet van in.
Bon, dat een godsdienstleerkracht spreekt over 'achterlijke tradities' is gewoonweg te pijnlijk om op te reageren. Hij stelt zich vragen bij de 'heidense' oorsprong van het feest. Maar beste vrienden, dat geldt voor bijna alle feesten. Tradities en feesten gaan immers bijzonder lang mee en worden steeds weer aangepast aan de tijd. Dat Halloween, 'All Hallow's Eve', op de vooravond van Allerheiligen en Allerzielen wordt gevierd is geen toeval. Die feesten zijn een geheel gaan vormen.
De traditie en de prechristelijke wortels piepen er bij zowat alle christelijke feesten door, waarom is er een kaarsenprocessie op Maria Lichtmis, waarom zetten we een boom in onze living, waarom eten we ons een indigestie met paaseieren? Stuk voor stuk gebruiken met oeroude, prechristelijke wortels. Zelfs de data waarop we onze feesten houden zijn veel ouder dan het christendom. Allemaal zaken waarvan je toch mag verwachten dat een godsdienstleerkracht ze weet.
De vraag die hij stelt naar de 'pedagogische meerwaarde' is zo mogelijk nog pijnlijker. Dat je kinderen samen laat spelen rond een leuk en aantrekkelijk thema, dat je hen creatief laat zijn en dingen laat maken, dat je hen laat verkleden, dat is denk ik al een bijzonder grote pedagogische meerwaarde.
Dan komen we bij, 'de jeugd van tegenwoordig, het is allemaal gruwel en lelijk'. Ik weet niet wat voor een jeugd Ignace Demaerel heeft gehad maar 'enge dingen' behoren nu eenmaal tot de verbeeldingswereld van kinderen. Een broer en een zus worden door hun eigen vader achtergelaten in het bos, gevangengenomen door een kannibalistische vrouw, die ze zelf vermoorden door haar in de vuuroven te smijten. Een meisje wordt alleen het bos ingestuurd, naar haar alleen in het bos woonde grootmoeder, zij blijkt vermoord door een wolf die ook het kind belaagd, maar de boswachter slacht de wolf af door met een groot mes zijn buik open te snijden. En dit zijn nog de brave, Disney-vriendelijke verhaaltjes die je ongetwijfeld ook te horen kreeg. Een van mijn favoriete jeugdauteurs is Anthony Horowitz. En als je vandaag een boekenwinkel of een jeugdbibliotheek binnenloopt zal je bijzonder veel spannende en zeer populaire enge griezelboeken vinden.
Maar niet alleen in de volkstradities en in de literatuur, ook in de verbeelding van een kind spookt het zeer regelmatig. Duistere gedachten en angsten maken deel uit van de normale psyche, dus ook het opgroeiende kind heeft er mee te kampen. En als kind kan je die angsten maar moeilijk plaatsen. Daarom hebben ze nachtlichtjes uitgevonden en lichtgevende prinsessen voor op het nachtkastje. Enge monsters onder het bed, nog engere monsters in de kast en wat zit er daar in de hoek van de kamer?
Van enge dingen iets leuks maken is nog zo geen slecht idee, me dunkt.
Dus samenvattend, eigenlijk gaat het hier om een inhoudsloze verzuurde reactionaire uitbarsting - en dergelijke dingen horen thuis op een familiefeest, waarbij de saaiste en ambetantste wortel onder de nonkels uitroept dat de jeugd beter zou lezen dat te 'gameren' en beter zou studeren dan te 'tabletten met de ifoon' en nog beter, naar de kerk zou gaan dan zich te verkleden
Dergelijke nonkels moet je straal negeren. En er (al dan niet achter zijn rug) eens goed mee lachen.
Ook bij ons nog steeds een wettelijke feestdag, met een aantal mooie tradities.
Bij een feest hoort muziek, vandaag brengen we het Justorum Animae.
Verzen uit het bijbelse boek wijsheid, 3:1-2a, 3b.
Justorum animae in manu Dei sunt,
et non tanget illos tormentum mortis.
Visi sunt oculis insipientium mori,
illi autem sunt in pace.
Deze versen zijn eeuwenlang gebruikt in de katholieke mis en dus door vele componisten getoondicht.
Vandaag brengen we de versie van Orlandus Lassus.
voor de liefhebbers, het derde hoofdstuk van het boek wijsheid.
[1]
De zielen van de rechtvaardigen echter
zijn in Gods hand
en geen foltering zal hen raken.
[2]
In de ogen van de dwazen schenen zij dood te zijn
en hun heengaan werd als een onheil beschouwd;
[3]
hun verdwijnen uit ons midden als een vernietiging.
Zij zijn echter in vrede.
[4]
Ook al worden zij naar de mening van de mensen gestraft,
zij zijn vervuld van de hoop op onsterfelijkheid.
[5]
Na een korte tuchtiging
zullen zij een grote weldaad ontvangen,
omdat God hen op de proef heeft gesteld
en bevonden heeft dat zij Hem waardig zijn.
[6]
Als goud in de smeltkroes heeft Hij hen gekeurd;
als een brandoffer heeft Hij hen aanvaard.
[7]
Wanneer dan de tijd van hun oordeel komt,
zullen zij branden
en als vlammen door een stoppelveld jagen.
[8]
Zij zullen rechtspreken over de volksstammen
en heersen over de volken
en de Heer zal hun koning zijn, in eeuwigheid.
[9]
Zij die op Hem vertrouwen
zullen de waarheid begrijpen
en zij die trouw zijn
zullen in liefde bij Hem zijn,
want genade en barmhartigheid
vallen zijn uitverkorenen ten deel.
[10]
De goddelozen echter zullen de straf krijgen
die zij met hun redeneringen hebben verdiend,
want zij hebben de rechtvaardige veracht
en zijn de Heer afvallig geworden.
[11]
– Hij immers die neerkijkt op wijsheid en discipline
is een ongelukkig mens –:
ijdel is hun hoop en hun moeite is vergeefs.
Hun werken zijn nutteloos.
[12]
Hun vrouwen zijn dwaas
en hun kinderen verdorven;
vervloekt is hun nageslacht